Het is heel moeilijk om jouw kind met een eetstoornis te begrijpen als je zelf geen eetstoornis hebt gehad. Voor jouw gevoel heb je er waarschijnlijk alle aan gedaan om jouw zoon of dochter gelukkig te maken, maar toch is die eetstoornis in zijn of haar leven geslopen. Dit kan voor een hoop onbegrip zorgen. Wat kan je nou beter niet zeggen tegen jouw kind met een eetstoornis en waarom niet?
1. Je hebt niet heel erg ondergewicht dus het valt wel mee
Veel mensen hebben het beeld dat eetstoornispatiënten allemaal extreem mager zijn. Logisch ook, want dat is wat we vaak te zien krijgen als eetstoornissen bijvoorbeeld in de media komen. Toch heeft niet elke eetstoornispatiënt ondergewicht. Het kan dus heel goed zijn dat jouw kind wel degelijk een ernstige eetstoornis heeft zonder dat ze heel erg ondergewicht heeft.
Op het moment dat jij benoemt dat jouw kind nog geen ondergewicht heeft, zal hij of zij meteen denken dat de eetstoornis niet ernstig genoeg is om serieus te worden genomen. De ernst van de eetstoornis hangt niet af van het gewicht. Het gewicht kan dan soms nog wel ‘gezond’ zijn, maar vanbinnen kan er al een hoop schade zijn aangericht door de eetstoornis. Ook gaat het om de strijd in het hoofd van jouw kind.
2. Ik zie dat je bent aangekomen. Fijn dat het weer beter met je gaat!
Aankomen in gewicht betekent niet dat de eetstoornis weg is. Veel behandelingen zijn wel gericht op het aankomen van gewicht, maar vaak is de strijd in het hoofd van jouw kind dan het hevigst. De eetstoornis is ook niet meteen weg als jouw kind weer normaal eet, want nogmaals: het gaat om de strijd in het hoofd. Deze opmerking kan echter wel pijn doen bij mensen met eetstoornissen, omdat zij voorheen door middel van hun gewicht of eetpatroon konden laten zien dat het niet goed met ze ging. Eetstoornispatiënten zijn heel bang dat mensen niet in de gaten hebben dat het niet goed met ze gaat en dat gevoel wordt bevestigd door bovenstaande opmerking.
3. Je eet nog gewoon dus je hebt niet een echte eetstoornis
Mensen denken ook vaak dat eetstoornispatiënten helemaal niks eten, maar dat is echt een misvatting. De meeste eetstoornispatiënten eten namelijk wel, maar heel weinig, juist heel veel of ze compenseren het weer. Een eetstoornis is veel meer dan wat je ziet.
4. Iedereen heeft weleens een eetbui
Zeggen dat iedereen weleens een eetbui heeft en dat je je daar echt niet druk om hoeft te maken, is goed bedoeld, maar voor iemand met een eetstoornis niet fijn om te horen. De eetbuien die mensen met boulimia of BED kan je niet vergelijken met de eetbuien die we allemaal weleens hebben. Door dit te zeggen, maak je het probleem kleiner dan het is en kan jouw kind zich niet serieus genomen voelen. Probeer in plaat daarvan met jouw kind in gesprek te gaan over de eetbuien en wat dat voor jouw kind betekent.
5. Je kan toch wel gewoon normaal eten
Een eetstoornis geen kwestie van gewoon weer normaal gaan eten. Vaak weten eetstoornispatiënten zelf ook dat het niet normaal is hoe zij met eten omgaan. De meesten hebben ook al geprobeerd om weer normaal te gaan eten, maar als dat zo makkelijk was, dan hadden er geen eetstoornisklinieken bestaan. Er speelt namelijk altijd een hoop in iemands leven waardoor de eetstoornis is ontstaan. De eetstoornis is een coping mechanisme, oftewel een ‘manier van omgaan met’. Vaak is de eetstoornis dus een manier van omgaan met heftige gebeurtenissen, trauma’s, onzekerheden en moeilijke emoties. Als zulk soort zaken niet opgelost worden, zal het altijd moeilijk blijven om weer ‘normaal’ te gaan eten.
6. We zijn allemaal weleens op dieet
Deze opmerking is ook goed bedoeld, omdat je hiermee waarschijnlijk het gedrag van jouw kind wat wilt normaliseren, waardoor hij of zij zich wat minder ziek voelt. Toch is dit niet een helpende opmerking, omdat het dan kan voelen alsof de eetstoornis niet serieus genomen wordt. Een eetstoornis is namelijk wat anders dan gewoon even op dieet zijn. Een eetstoornis is een ernstige psychische stoornis.
7. Wat fijn dat je moet aankomen! Dan kan je lekker friet en appeltaart eten
De achterliggende gedachte van zo’n opmerking is waarschijnlijk dat er positief gekeken moet worden naar het feit dat jouw kind aan moet komen. Toch kan dit pijn doen, omdat het niet zo simpel ligt voor mensen met een eetstoornis. Mensen zonder eetstoornis zouden hier zeker naar uitkijken, maar voor mensen met eetstoornis roept dit vooral veel paniek en angst op.
8. Je hebt vandaag normaal gegeten dus het gaat vast weer goed met je
Het is jammer genoeg niet zo dat de eetstoornis weg is als iemand weer normaal eet. Dat lijkt natuurlijk wel zo, omdat een eetstoornis zich uit in het eten. Het is daarom niet gek dat mensen denken dat de eetstoornis over is als iemand weer normaal eet. De symptomen van de stoornis zijn dan eigenlijk wel minder, maar dat betekent niet dat de strijd in het hoofd van iemand is afgenomen.
9. Je bent echt niet mooi hoor met dat ondergewicht
Met deze opmerking wil je waarschijnlijk jouw kind motiveren om aan te komen, omdat ondergewicht vaak ook gewoon niet mooi is. Toch is dit enorm kwetsend en juist niet motiverend. Je kind heeft er niet bewust voor gekozen om een eetstoornis te ontwikkelen en ondergewicht te krijgen. Ze heeft ook geen ondergewicht omdat ze dat mooi vindt. Ze heeft ondergewicht doordat ze ziek is.
10. Je ziet er goed uit
Mensen met een eetstoornis vinden het vaak moeilijk om te horen dat ze er goed uitzien en al helemaal als zij weer een normaal gewicht bereiken. Er ‘goed uitzien’ staat in hun hoofd gelijk aan ‘dik’ zijn en dat is nou net wat ze niet willen. Het is natuurlijk ontzettend goed bedoeld om te zeggen dat iemand er goed uitziet, maar bij mensen met eetstoornissen moet je hier even extra bij oppassen. Als je het toch wilt zeggen, geef dan ook gelijk aan dat je daar niet mee bedoelt dat jouw kind dik is.